Buikomtrek meten
Het meten van de buikomtrek is een nuttige manier om inzicht te krijgen in de verdeling van lichaamsvet en kan een indicatie geven van het risico op bepaalde gezondheidsproblemen, met name hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en andere metabole aandoeningen. Buikvet, met name het vet dat zich rond de interne organen (visceraal vet) bevindt, wordt geassocieerd met een hoger risico op deze gezondheidsproblemen.
Hoe te meten?
Bereidingsstappen:
Zorg ervoor dat je een flexibel meetlint hebt.
Meet op een vlakke ondergrond en zorg ervoor dat het meetlint niet te strak of te los zit.
Draag dunne kleding of meet bij voorkeur zonder kleding.
Plaatsing van het meetlint:
Plaats het meetlint horizontaal om je buik, net boven je heupbeenderen. Dit is meestal op het smalste deel van je taille.
Zorg ervoor dat het meetlint evenwijdig aan de grond loopt.
Ademhaling en meting:
Adem normaal uit, maar houd je buikspieren niet in of duw ze niet uit.
Houd het meetlint comfortabel strak tegen je huid zonder het te laten inzakken.
Meet en noteer de waarde:
Lees de meting af op het meetlint zonder het strakker aan te trekken.
Interpretatie:
De meting in centimeters geeft je de buikomtrek.
Bij volwassenen geven algemene richtlijnen aan dat mannen een buikomtrek van meer dan 94 cm en vrouwen een buikomtrek van meer dan 80 cm hebben, wat kan duiden op een verhoogd risico op gezondheidsproblemen.
Het is belangrijk op te merken dat buikomtrekmetingen slechts één indicator zijn en dat het totaalplaatje van iemands gezondheid beoordeeld moet worden aan de hand van meerdere factoren, waaronder lichaamsgewicht, lengte, leeftijd, geslacht, fysieke activiteit, eetgewoonten en familiegeschiedenis.